English & other languages: click here!
Erev Jom Kipur - Kol Nidrei
Erev Jom Kippoer (Kol Nidrei)
In Numeri 30 vinden we de beschrijving over de geloften die men vrijwillig aan God kon doen. Als een man een gelofte deed, moest hij die ook inlossen. Men noemde dat: zijn gelofte nakomen.
Psalm 22:26 Van U zal mijn lof zijn in een grote gemeente,
mijn geloften zal ik nakomen in bijzijn van wie Hem vrezen.
Psalm 116:14 Mijn geloften zal ik aan de HEERE nakomen,
nu, in de tegenwoordigheid van al Zijn volk.
- Mijn geloften zal ik aan de HEERE nakomen,
nu, in de tegenwoordigheid van al Zijn volk,
in de tegenwoordigheid van al Zijn volk.
Een vrouw die nog bij haar vader thuis woonde of verbonden was aan haar man, had niet dezelfde verantwoordelijkheid als de man. De vaders of mannen hadden het recht om een gelofte van hun dochter of vrouw krachteloos te verklaren.
Prediker 5:3 Wanneer u aan God een gelofte doet,
stel dan niet uit die na te komen,
want Hij heeft geen welgevallen aan dwazen.
Kom na wat u belooft.
- Het is beter dat u niet belooft,
dan dat u belooft maar niet nakomt.
- Sta uw mond niet toe,
uw vlees te doen zondigen.
Zeg ook niet in de tegenwoordigheid van de engel:
dat was een vergissing.
Waarom zou God zeer toornig worden om wat u zegt,
en het werk van uw handen te gronde richten?
Het is heel belangrijk te weten dat in principe alles waartoe wij hier op aarde besluiten, in de hemel erkend en door de HEERE toegestaan kan worden!
Als we plannen maken ......
Jakobus 4:15 In plaats daarvan zou u moeten zeggen: Als de Heere wil en wij leven, dan zullen wij dit of dat doen.
- Maar nu roemt u in uw hoogmoed. Al zulk soort roem is slecht.
Jakobus 5:12 Maar voor alle dingen, mijn broeders, zweer niet: niet bij de hemel, ook niet bij de aarde, en zweer ook geen enkele andere eed, maar laat uw ja ja zijn en uw nee nee, opdat u niet onder enig oordeel valt.
Mattheüs 5:33 Verder hebt u gehoord dat tegen het voorgeslacht gezegd is: U zult de eed niet breken, maar u zult voor de Heere uw eden houden.
- Maar Ik zeg u: Zweer in het geheel niet, niet bij de hemel, want dat is de troon van God;
- niet bij de aarde, want dat is de voetbank van Zijn voeten; en ook niet bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote Koning.
- Ook bij uw hoofd mag u niet zweren, want u kunt niet één haar wit of zwart maken;
- maar laat uw woord ja ja zijn en uw nee nee; wat hierboven uitgaat, is uit de boze.
Jur