English, click here!

Chanoeka - Echad

We beleven deze dagen de Chanoeka herdenking en daarom wil ik stilstaan bij de enige vermelding in de Schrift in Johannes 10 waar het “feest van de inwijding (van de tempel)” gevierd werd. Deze feestelijke of herdenkingsdag werd niet aangekondigd in de Tenach. Dat komt omdat het Eerste Testament al afgesloten was. Het boek Daniël was in die tijd de laatste goddelijke openbaring. De overwinning van de Makkabeeën vond plaats in het jaar 164 v.Chr. en Daniël schreef zijn boek zo’n 300 jaar eerder, waarin hij het gebeuren rondom Chanoeka profeteerde.

Daniël profeteert over de politieke ontwikkelingen tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden, (Syrië en Egypte); de opkomst van het Griekenland van Alexander de Grote, wiens macht wordt uitgebeeld door de geitenbok. Hij beschreef de 4 hoornen binnen dat rijk en één ervan valt het Sierraadland (Israël) binnen.

De Makkabeeën vormden ten opzichte van het machtige leger van Antiochus Epifanes slechts een “Gideonbende”. Antiochus identificeerde zichzelf met de Griekse god Zeus en streed met de wreedst mogelijke middelen om zijn eigen aanbidding in de tempel te realiseren. Dit is het ultieme bewijs van de antichristelijke overheersing.

In Johannes 10 bevindt Yeshua zich op deze herdenkingsdag in diezelfde tempel. Nu is Hij de enige rechtmatige Vorst, die zich mag identificeren met YHWH, want Hij ìs God in het vlees verschenen. Je ziet dus dat de antichristelijke macht in de tijd van de Makkabeeën zich wilde toe-eigenen wat Yeshua toekwam.

Lees het gedeelte van Johannes 10: 22-42. Je ziet daarin dat de Joden naar Yeshua toekwamen en Hem vroegen zich bekend te maken als de Gezalfde die komen zou. Uit het antwoord van Yeshua kunnen we opmaken dat dit geen oprechte vraag was. Yeshua zegt dat ze niet geloven en dat,  als ze echt schapen van Gods Koninkrijk zouden zijn, ze wel naar Zijn stem geluisterd zouden hebben.

Echad = één (een samengestelde éénheid)

En dan zegt Hij in vers 30 iets heel bijzonders: Ik en de Vader zijn ÉÉN.” “Ik en de Vader zijn ECHAD”. Zo klinkt dat in het Hebreeuws : אֲנִי וְהָאָב אֶחָד Ani v’ha'av, ECHAD. 

Merk je op dat dit het kernwoord uit het SHEMA is?

Het “Shema” is de geloofbelijdenis van de Joden. Het is de tekst van Deuteronomium 6:4

Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één!

 

In het Hebreeuws wordt dit zo uitgesproken“Shema Israel, Adonai Elo-hénoe, Adonai ECHÁD.”

De Joden begrijpen dus heel goed dat Yeshua zich met God de Vader identificeert. Maar omdat zij Yeshua afwijzen worden ze furieus. Wat? Hij echad met YHWH? Als je de duivel tot vader hebt, zoals Yeshua hen eerder al eens kwalificeerde, pik je dat niet. Ze pakken stenen om Hem te stenigen. Hij moet dood. De Vader verhindert het stenigen omdat dit nog niet de tijd was dat Yeshua moest sterven. Maar dit bracht dat moment wel dichterbij. Het was een voorbereiding. Hier komt naar voren of de mens YHWH toebehoort of de duivel. Lees de volgende dialoog tussen Yeshua en de Joodse leidslieden:

Johannes 10:32,33 Jezus antwoordde hun: Ik heb u vele goede werken van Mijn Vader laten zien. Vanwege welk van die werken stenigt u Mij? De Joden antwoordden Hem: Wij stenigen U niet vanwege een goed werk, maar vanwege godslastering, namelijk omdat U, Die een Mens bent, Uzelf God maakt.

De strijd van de Makkabeeën, die geprofeteerd werd door Daniël in de hoofdstukken 8 en 11, was een voorvervulling van de eindstrijd van de antichrist, die zich in de tempel wil zetten en zich als god wil laten aanbidden.

Daniël 8:11 Hij maakte zich groot tot aan de Vorst van dat leger. Het steeds terugkerende offer werd aan Deze ontnomen en Zijn heilige woning neergeworpen.

Hier wordt bedoeld: koning Antiochus IV Epifanes, die Jeruzalem zou binnenvallen.

Tegelijk gaan die profetieën over een nog latere tijd. Dat zien we in het laatste hoofdstuk van Daniël, waar,  met het oog op de tijd van het einde, ook gesproken wordt over het wegnemen van het steeds terugkerende offer:

Daniël 12:4 Maar u, Daniël, houd deze woorden geheim en verzegel dit boek tot de tijd van het einde. Velen zullen het onderzoeken en de kennis zal toenemen.

Daniël 12:11 Van de tijd af dat het steeds terugkerende offer weggenomen zal worden en de verwoestende gruwel opgesteld zal zijn, zijn het duizend tweehonderdnegentig dagen.

Het aantal dagen dat hier genoemd wordt geeft inzicht in het verloop van de komst van Yeshua. Het is heel bijzonder om hier aandacht aan te geven. Dit wordt uitgelegd in de slotstudie van Daniël 12.

Het is duidelijk dat de geschiedenis, die te maken heeft met het Chanoeka feest, ons iets te zeggen heeft met het oog op de tijd die komt. Er zijn steeds anderen die zichzelf tot God willen maken en de plaats willen innemen die Yeshua toekomt. In de strijd van de Makkabeeën was dat Antiochus IV Epifanes. In onze tijd loopt het uit op de antichrist:

 

2 Thessalonicenzen 2:3, 4 Laat niemand u op enigerlei wijze misleiden. Want die dag komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, geopenbaard is, de tegenstander, die zich ook verheft boven al wat God genoemd of als God vereerd wordt, zodat hij als God in de tempel van God gaat zitten en zichzelf als God voordoet.

Dan. 11:36 Die koning zal handelen naar eigen goeddunken. Hij zal zich verheffen en zich groot maken boven elke god. Hij zal tegen de God der goden wonderlijke dingen spreken. Hij zal voorspoedig zijn tot de gramschap voltrokken is. Want wat vast besloten is, zal gebeuren.

 

De Joden die trouw wilden blijven aan Gods geboden werden gruwelijk gemarteld. Dit kunnen we lezen in de boeken van de Makkabeeën, die we niet als Bijbel zien, maar wel als een weergave van de geschiedenis. Het onbeschrijfelijke lijden wat we daar lezen, geeft ons een indruk van wat de grote verdrukking voor Israël en ons inhoudt.

Hier zijn de boeken van de Makkabeeën in het Nederlands te downloaden:

1 Makkabeeën   2 Makkabeeën

De woorden hiernaast afgebeeld werden door Yeshua uitgesproken. Met die "ander" bedoelt Yeshua: de antichrist.  Die komt niet in de Naam van God de Vader, maar in zijn eigen naam. Hij zal in de ogen van onbekeerde mensen zo geweldig zijn, maar ze zijn blind voor zijn werkelijke bedoelingen, omdat ze niet gelovig de profetieën hebben gelezen. Yeshua zegt tot de Joden die hem afwijzen: "jullie zullen die bedrieger aannemen als de messias."

Waren die farizeeën dan niet gelovig? Nee, want ze waren net als eerder Nicodemus, niet wedergeboren. Ze zochten hun eigen eer, net zo als de antichrist. Het eigen "ik" stond centraal in hun religiositeit, al citeerden ze de Tora. Ze wilden aanzien, belangrijk en geleerd zijn in de ogen van mensen. Maar ze zochten Gods eer niet.

In hoeverre staat de eigen eer van onze voorgangers, leiders, sprekers hen voor ogen? Met theologie kun je naam maken in deze wereld.  Men kijkt hen naar de ogen. Dit staat ons als waarschuwing beschreven. 
1 Korinthe 10:11 Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons, en ze zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is.
Degenen die trouw zijn zullen, vooral met de ontwikkelingen van deze tijd, hun gehoor bemoedigen en toerusten met de eindtijdprofetieën in Gods Woord en zullen ongetwijfeld strijd ervaren. Toets altijd wat men zegt aan Gods Woord, zoals ze dat in Berea deden. Handelingen 17:11
Ieder krijgt te maken met de vraag van Yeshua "Maar u, wie zegt u dat Ik ben?" (Matth. 16:15).

Tegen zijn volgelingen zegt Yeshua:

Joh. 12:35 Nog een korte tijd is het licht bij u; wandel zolang u het licht hebt, opdat de duisternis u niet overvalt. En wie in de duisternis wandelt, weet niet waar hij heen gaat.

 

Die duisternis kan wel eens heel dichtbij zijn. We merken dat het geestelijk al steeds duisterder wordt voor het Licht van Yeshua. Met wie in je familie- of vriendenkring kun je nog vrijuit in liefde met elkaar over Hem en Zijn Woord spreken? Hooguit in bedekte termen die je ook op een andere godheid zou kunnen toepassen.  Zijn Naam mag niet meer genoemd worden……
 
We steken kaarsjes aan met het Chanoeka feest en dat past ook in de donkere maanden van het jaar. Tegelijk laten we daarin zien dat we deze profetische geschiedenis samen met het Joodse volk gedenken. Daaraan worden echter verhalen verbonden die niet uit de Schrift zijn en die kunnen de ware betekenis van dit gebeuren met het oog op wat komen gaat,  juist verduisteren.  
(Een toevoeging van een lezer:  De shamash is overgenomen uit de folklore van de Babylonische cultuur en was daar een halfgod die dienaar van de goden was. Het wonder van Chanukah wordt pas 600 jaar na Christus voor het eerst genoemd. In het Jodendom is een agadah een rabbijnse vertelling die een principe moet bij brengen. Agadot hebben niets met historische gebeurtenissen te maken. Deoraitah, schriftelijke gebeurtenissen echter wel. De gebeurtenissen rondom de Makkabeeen zijn historisch, de agadot niet. Vergelijk het met Kerst. Kerst heeft niets met de geboorte van Yeshua te maken, maar de verhalen rondom de geboorte van Yeshua zijn historisch. Evenzo zijn de drie boeken van de Makkabeeen geschiedenis, maar het feest Chanukah heeft voornamelijk een motiverende functie.)

Zoals blijkt uit het hierboven geschrevene is het wonder van Chanoeka - de olie in het kleine flesje, die 8 dagen bleef branden - niet te vinden in de boeken van de Makkabeeën.  Het is 600 jaar na die gebeurtenis vermeld in de Babylonische Talmoed  Sabbat 21b (NL), 

Een ieder dan, die Mij belijden zal voor de mensen, hem zal ook Ik belijden voor mijn Vader, die in de hemelen is; maar al wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal ook Ik verloochenen voor mijn Vader, die in de hemelen is.  (Matteüs 10:32-33)

Liturgie voor huiselijke Chanoeka viering klik hier

Ida