English & other languages: click here!
Zacharia 6: wagens & paarden - Jozua en De Spruit
Het achtste en laatste visioen toont vier wagens met ieder vier paarden. De visioenen waren allemaal bedoeld om de toekomstige Koning van Gods Koninkrijk aan te kondigen. Na het zien van de nachtgezichten krijgt Zacharía de opdracht om gouden kronen te maken voor de hogepriester Jozua.
Zerubbabel, een zoon van het geslacht van David, wordt geroepen om de basis van de tempel te leggen en af te maken. Zowel Jozua de hogepriester, als Zerubbabel, de landvoogd van Juda en nazaat van David, mochten het beeld vertonen van de Messias in het komende Koninkrijk van God.
Zacharia 6:1-3 Opnieuw sloeg ik mijn ogen op en zag, en zie, vier wagens kwamen tevoorschijn tussen twee bergen, en die bergen waren bergen van koper. 2. De eerste wagen had rode paarden, de tweede wagen zwarte paarden, 3. de derde wagen witte paarden en de vierde wagen sterke, gevlekte paarden.
zie, vier wagens kwamen tevoorschijn...... we lezen niet over berijders van de paarden die deze strijd- of zegenwagens trekken. De wagens worden als eerste genoemd.
ze kwamen tevoorschijn tussen twee bergen die van koper waren...... in verschillende commentaren vergelijkt men die koperen (of bronzen - in het Hebreeuws hetzelfde woord) bergen met Sion en de Olijfberg. Dat kan, maar het is niet ondenkbaar dat hiermee wereldlijke machten worden uitgebeeld (Zie Zach. 4:7). Het woord koper drukt iets uit van hardheid. Bij nadere bestudering blijken deze koperen bergen een geestelijke werkelijkheid te vertegenwoordigen.
rode paarden, zwarte paarden, witte paarden en gevlekte paarden....... Net zo als in het eerste visioen weer iets met paarden.
Ze lijken een ondergeschikte rol te hebben en de kleuren zouden dienen ter onderscheiding van de wagens. In de gebruikelijke schriftuurlijke symboliek spreekt rood over oorlog, zwart over hongersnood en dood, wit over overwinning en grijs over pestilentie (Ezechiël 14:21, Openbaring 6:1-8 ). De kleuren lijken overeen te komen met die van de vier ruiters in Openbaring 6.
De paarden met hun strijdwagens staan symbool voor oorlog en strijd en overwinning, een strijd door God ingezet. Ze zijn afkomstig uit Gods hemelse Koninkrijk. De tabernakel was een kleine afbeelding van dat Koninkrijk. Het metaal gebruikt in de voorhof was koper, in tegenstelling tot het heilige en het allerheiligste, waarbij respectievelijk zilver en goud werd gebruikt.
DE VOORHOF
Exodus 27:10a de bijbehorende twintig pilaren en hun twintig voetstukken moeten van koper zijn.
Exodus 27:19 Wat betreft alle voorwerpen van de tabernakel die nodig zijn in heel de dienst ervan, met alle bijbehorende pinnen en alle pinnen van de voorhof, ze moeten van koper zijn.
Omdat de wagens tussen twee koperen bergen, dat zijn de palen van de poort, doorkwamen zien we dat het hier gaat om de strijdmacht van de HEERE der legermachten. De in- en uitgangspoort was deel van de voorhof.
Zacharia 6:4-8 Ik nam het woord en zei tegen de Engel Die met mij sprak: Wat betekenen deze wagens, mijn Heere? 5. Daarop antwoordde de Engel en zei tegen mij: Dat zijn de vier winden van de hemel, die eropuit trekken van de plaats waar zij voor de Heere van heel de aarde hebben gestaan. 6. Die de zwarte paarden hebben, trekken uit naar het land van het noorden; de witte paarden trekken uit, hen achterna, en de gevlekte trekken uit naar het land van het zuiden. 7. En de sterke paarden trokken uit en wilden het land doorgaan, want Hij had gezegd: Ga, ga het land door. Toen gingen zij het land door. 8. Vervolgens riep Hij mij en sprak tot mij: Zie, zij die zijn uitgetrokken naar het land van het noorden, hebben Mijn geest doen rusten in het land van het noorden.
Dat zijn de vier winden van de hemel...... het woord 'wind' is in het Hebreeuws 'roe-ach', d.w.z. geest of Gods adem. De hier genoemde winden hadden een plaats bij Gods troon: van de plaats waar zij voor de Heere van heel de aarde hebben gestaan. We kennen de uitdrukking 'de zeven geesten voor Gods troon' die door Johannes driemaal wordt vermeld (Openb. 3:1; Openb. 4:5; Openb. 5:6). In Openbaring 8:2 staat: “Ik zag de zeven engelen die voor Gods troon staan”. Net als de zeven geesten staan ook de zeven engelen voor Gods troon. Dit zou er op kunnen wijzen dat het een synoniem is en dat met 'engel' 'wind' of 'geest' hetzelfde wezen wordt bedoeld.
Die de zwarte (en de witte) paarden hebben, trekken uit naar het land van het noorden...... Bijbels gezien zou daarmee bedoeld kunnen zijn Assyrië, Babylon en Magog. De gevlekte gaan richting het zuiden en daarbij ligt Egypte voor de hand. Maar elk van de vier trekt ook heen en weer over de aarde. Het woordje 'eretz' kan zowel land als aarde betekenen. Je moet de betekenis eigenlijk uit de context halen. Maar het bezorgt vertalers en lezers wel eens verwarring.
De visioenen van Zacheria vertonen vaker een terugkerend patroon, dat betrekking heeft op de tijd waarin de profeet optreedt, maar die tegelijkertijd een profetie inhoudt die in een verre toekomst vervuld zal worden.
Gods legermachten trokken in Zacharia's tijd naar Babylon en daar vond onder koning Belsazar een machtsovername plaats door het Perzische rijk. Het was een coup die vrijwel zonder bloedvergieten heeft plaatsgevonden. Deze gebeurtenis is in dit Jaïr artikel beschreven. De ballingen uit Juda kwamen daardoor vrij en konden terugkeren naar hun thuisland. Zo is Zacharia als jonge vent met zijn opa Iddo meegegaan, want zijn hart verlangde naar het Land van God. Zijn vader Berechja bleef achter in Babel. God laat Zacharia weten dat Hij dit zo heeft gewild. hebben Mijn geest doen rusten in het land van het noorden......... Babel is, met alle vijanden die daar wonen: 'overwonnen'!
Gods geest had geen rust voordat Zijn volk weer in Zijn Land was. Ook nu zal Gods Geest geen rust hebben zolang Jeruzalem nog geen lof op aarde is.
De wagen vanhet witte paard bewerkte de overwinning voor het volk van God en de God van het volk Israël. Koning Kores, de koning van Perzië werkte volledig mee aan de terugkeer van het volk. Hij riep degenen die achterbleven op, hun volksgenoten in Jeruzalem op alle manieren te helpen (Ezra 1:4).
Deze hulp van de Joodse ballingen aan het thuisfront komt direct bij het volgende vers van dit hoofdstuk aan de orde, waar we lezen over ballingen die geschenken voor de tempel komen brengen (Zacharia 6:9,10).
De kroon voor Jozua. De belofte van de Spruit
Zacharia 6:9-11 Het woord van de HEERE kwam tot mij: 10. Neem van de ballingen, van Cheldaï, Tobia en Jedaja, gaven in ontvangst. En u moet op die dag zelf komen en het huis van Josia, de zoon van Zefanja, binnengaan, waar die mannen uit Babel naartoe gekomen zijn. 11. Neem zilver en goud en maak kronen, en zet die op het hoofd van de hogepriester Jozua, de zoon van Jozadak.
Neem van de ballingen, van Cheldaï, Tobia en Jedaja, gaven in ontvangst....... Zacharia moet in opdracht van YHWH goud en zilver in ontvangst nemen van de ballingen uit Babel, die op dat moment waarschijnlijk net uit Babel zijn gekomen. Ze worden bij name genoemd: Cheldai, Tobia en Jedaja. Ze hebben onderdak gekregen bij Josia, de zoon van Zefanja. Het zijn ‘gewoon’ Joden die in Babel een bestaan hebben opgebouwd. Ze zijn niet gekomen om zich in Juda en Jeruzalem te vestigen, maar ze dragen de HEERE en hun volksgenoten een warm hart toe. Ze hebben bij vrienden en familie goud en zilver ingezameld voor
het goede doel: de herbouw van de tempel. YHWH geeft opdracht om van het goud en zilver kronen te maken.
maak kronen, en zet die op het hoofd van de hogepriester Jozua...... het bijzondere van wat er nu gaat gebeuren ligt in het feit dat de hogepriester Jozua gekroond moest worden en niet Zerubbabel, ondanks de strenge scheiding van het koninklijke en het priesterlijke ambt in Israël. In 2 Kronieken 26 lezen we het tragische verhaal van koning Uzzia die probeerde als priester te functioneren en tot het einde van zijn leven door melaatsheid werd getroffen. Gedurende de hele geschiedenis van Israël beval God een scheiding tussen de religieuze en de burgerlijke leiders van Israël.
De reden dat YHWH hier een andere gang van zaken in beeld bracht was dat alles, inclusief alle acht visioenen moesten verwijzen naar het herstelde Koninkrijk Israël onder de Messiaanse Koning-Priester met dezelfde naam als deze hogepriester.
op het hoofd van de hogepriester Jozua...... Je kunt zien dat dit hele gebeuren door Gods Geest werd geleid. Deze Cheldai, Tobia en Jedaja waren helemaal uit Babel gekomen met goud en zilver voor de tempel en nu werd het bestemd voor een kroon. Toch lees je niet over bezwaren en spanningen.
Als er, naar de mens gesproken, iemand zou zijn voor wie je de kroning eerder zou verwachten, dan is het Zerubbabel. Die was een nazaat van koning David. Dit had te maken met de vloek over Jechonia, waarover in de Jaïr stamboomstudie over Mattheüs 1 meer te lezen is. Jozua werd profetisch gekroond omdat een toekomstige afstammeling van David om over Israël te regeren koning zou zijn. Dit zou Yeshua zijn, die voorafschaduwd werd door de hogepriester Jozua, wiens naam in Israël ook wordt uitgesproken als Yeshua of Yehoshua.
Zacharia 6:12-13 en zeg tegen hem: Zo zegt de HEERE van de legermachten: Zie, een Man – Zijn Naam is SPRUIT – zal uit Zijn plaats opkomen, en Hij zal de tempel van de HEERE bouwen. 13. Ja, Híj zal de tempel van de HEERE bouwen, Híj zal met majesteit bekleed zijn, Hij zal zitten en heersen op Zijn troon. Hij zal Priester zijn op Zijn troon; tussen die Beiden zal vredesberaad plaatsvinden.
Zo zegt de HEERE van de legermachten: Zie, een Man...... de Bijbel is oorspronkelijk in twee talen geschreven, maar het Hebreeuwse "Zie, een Man" lijkt erg op de manier waarop Pilatus de latere Jozua (Yeshua) presenteerde: "zie de Mens"! Maar wat de beide rechters presenteerden was de grootst denkbare tegenstelling vernedering en majesteit, vloek en zegen, dood en leven. In het visioen van Zacharia mogen we echter de triomferende Yeshua aanschouwen, de KONING DER KONINGEN!
Zijn Naam is SPRUIT...... De kroning van de hogepriester gaat vergezeld van een profetie over ‘De Spruit’ (Zach. 3:8). Een spruit is een nieuw takje op de wortels van een oude, afgehakte of afgestorven boom. De Spruit zal priester en koning zijn. Dit was niet mogelijk onder de Levitische orde, maar wordt werkelijkheid naar de orde van Melchizedeq, die ook priester en koning was. Yeshua is de Spruit (ook vertaald als ‘Rijsje’, ‘Twijgje’) van Isaï (Jesaja 11:1).
Hij bouwt in onze tijd Gods geestelijke tempel: de Gemeente en zal op aarde komen om Zijn tempel te bouwen in het Vrederijk (Ezechiël 40-48). Maar ook Zerubbabel is hier de spruit uit het geslacht van David. het symbool van de Messias. Het is namelijk bekend dat niet alleen Jozua, maar ook Zerubbabel de tempel heeft gebouwd. Zij werkten daarin goed samen. Zij werden daartoe opgeroepen door de profeten Haggai en Zacharia, maar hebben aan die oproep ook gehoor gegeven. Direct na de terugkeer uit Babel – ongeveer in 539 v Chr. – had Zerubbabel al de fundamenten gelegd van de tempel en was er provisorisch een altaar gebouwd. Maar het werk kwam stil te liggen toen er protesten kwamen. Op aansturing van YHWH pakten Jozua en Zerubbabel na een kleine twintig jaar de draad weer op en vijf jaar later – ongeveer in 515 v Chr. – was de tempel gereed. Zerubbabel en Jozua zijn de twee olijfbomen die naast de zevenarmige kandelaar staan.
Haggaï 2: 24. Op die dag, spreekt de HEERE van de legermachten, zal Ik u, Zerubbabel, zoon van Sealthiël, Mijn dienaar, nemen, spreekt de HEERE. Ik zal u maken tot een zegelring, want u heb Ik verkozen, spreekt de HEERE van de legermachten.
De afdruk van de zegelring is een teken van autoriteit. Yeshua is de afdruk van de heerlijkheid van God. Hebreeën 1:3
In die autoriteit mocht Zerubbabel het werk op aarde verrichten als een voorloper van de Grote Koning en om Zijn komst voor te bereiden.
“Zerubbabel, een afstammeling van David, verwijst naar Christus, de Zoon van David. Op die dag zal Christus Zijn Davidstroon ontvangen en tot een zegelring gemaakt worden – een ereteken, het kenmerk van het koninklijk gezag dat koningen bezaten en op hun ambtelijke diensten overdroegen.”
De kronen op het hoofd symboliseren dit. Yeshua zal ‘Híj zal met majesteit bekleed zijn’(HSV) ‘het sieraad dragen’(SV). Dat betekent dat Hij met majesteit zal regeren op Zijn troon. Hij zal Priester en Koning zijn. Beide ambten zullen verenigd zijn in Hem: In de NBG werd dit zo mooi verwoord ‘heilzaam overleg zal er tussen hen beiden zijn.’ Andere vertalingen noemen dit ‘vredesberaad’ wat een juiste weergave van het Hebreeuws is: עֲצַת שָׁלוֹם(etzat shalom)
Ze worden ieder op hun eigen manier – Jozua als priester gereinigd van zonde en bekleed als hogepriester in Zacharia 3 en Zerubbabel door God aangewezen als tempelbouwer. Samen vertonen ze het beeld van de éne Koning en Hogepriester in het Vrederijk: YESHUA HAMASHIACH.
Zacharia 6:14-15 En de kronen zullen voor Chelem, Tobia, Jedaja en Chen, de zoon van Zefanja, tot een gedachtenis in de tempel van de HEERE zijn. 15. Men zal van verre komen en bouwen aan de tempel van de HEERE. Dan zult u weten dat de HEERE van de legermachten mij tot u gezonden heeft. Dit zal gebeuren als u aandachtig zult luisteren naar de stem van de HEERE, uw God.
En de kronen zullen voor Chelem, Tobia, Jedaja en Chen, de zoon van Zefanja, tot een gedachtenis in de tempel van de HEERE zijn........ de kronen moeten in de tempel worden bewaard. Het zal een voortdurende heenwijzing zijn naar het koningschap van Yeshua. De symboliek van de kroon was in geen geval een reden voor Jozua om het koningschap in zijn tijd op zich te nemen. Door zijn betrokkenheid bij de bouw van de tempel was hij bij uitstek een beeld van de komende Priester-Koning.
Chen, de zoon van Zefanja...... we zien hier ineens een andere naam voor Josia, de gastheer van de ballingen. Het Hebreeuwse woord Chen חֵן betekent ook 'genade'. Blijkbaar wil God door deze gastvrijheid Zijn genade uitdrukken.
Men zal van verre komen en bouwen aan de tempel van de HEERE........ Zacharia spreekt hier over een verre toekomst, zoals het hele hoofdstuk betrekking heeft op een verre toekomst. Een toekomst die voor onze generatie veel dichter bij gekomen is. Als dit in vervulling gaat zal ieder weten dat Zacharia namens God heeft gesproken. Maar Yeshua zei tegen Thomas, maar ook tegen degenen die Zijn stem horen in deze tijd: "zalig zijn zij die niet gezien zullen hebben en toch zullen geloven" (Johannes 20:29).
als u aandachtig zult luisteren naar de stem van de HEERE, uw God...... we gaan het plan van God begrijpen als we voortdurend onze aandacht richten op wat God zegt in Zijn Woord. Doen we dat niet, dan zijn we er blind voor. Dan zijn we niet 'zalig'. Dan worden we heel ongemerkt helemaal ingepakt in het denken van satan en gaan we verloren. Luisteren betekent ook gehoorzamen. Wie God liefheeft wil luisteren èn gehoorzamen! God zal hem of haar bevestigen en grondvesten.
Ida