English & other languages: click here!
Jesaja 38 - Ziekte en genezing van Hizkia
Hizkia was ernstig ziek. Jesaja kondigde aan dat hij aan deze ziekte zou sterven. Hizkia wilde nog graag leven en bad onder tranen tot God. Net als in het vorige hoofdstuk kreeg hij via Jesaja een bevestiging dat God zijn gebed had gehoord en zijn tranen had gezien. Hizkia genas inderdaad van zijn ziekte en God voegde 15 jaar toe aan het leven van de koning. Gods belofte werd bovendien bevestigd door een bijzonder teken. Deze geschiedenis wordt ook beschreven in 2 Koningen 20:1-11.
Jesaja 38:1 In die dagen werd Hizkia ziek, tot stervens toe. Toen kwam de profeet Jesaja, de zoon van Amoz, bij hem en zei tegen hem: Zo zegt de HEERE: Regel de zaken van uw huis, want u zult sterven en niet leven.
In die dagen...... uit vers 6 blijkt dat deze ziekte optrad nog tijdens het beleg van het Assyrische leger.
Hizkia werd ziek, tot stervens toe...... de Bijbel vertelt ons niet aan welke ziekte Hizkia leed, maar wel dat het een dodelijke ziekte was. Er wordt hier ook niet gezegd dat één of andere specifieke zonde de reden is dat Hizkia moest sterven.
Regel de zaken van uw huis, want u zult sterven en niet leven.......Jesaja geeft als profeet Gods Woord door met woorden die betekenen dat Hizkia zijn testament in orde moet maken ten aanzien van de troonopvolging en de verdeling van zijn eigendommen. Als we de tekst 2 Koningen 18:2 vergelijken met 2 Koningen 20:6, kunnen we daaruit opmaken dat koning Hizkia op dat moment 39 jaar oud was.
Jesaja 38:2-3 Daarop keerde Hizkia zijn gezicht om naar de muur en bad tot de HEERE 3. en zei: Och HEERE, bedenk toch dat ik in trouw en met een volkomen hart voor Uw aangezicht gewandeld heb en gedaan heb wat goed is in Uw ogen. En Hizkia huilde erg.
Daarop keerde Hizkia zijn gezicht om naar de muur en bad tot de HEERE......... Hizkia zocht op zijn bed een stukje afzondering door zich naar de muur te keren en zijn toevlucht tot de HEERE te nemen.
Och HEERE, bedenk toch dat ik in trouw en met een volkomen hart voor Uw aangezicht gewandeld heb....... Hizkia was begonnen om in zijn rijk hervormingen door te voeren om samen met het volk weer de rechte weg van YAHWEH te kunnen gaan. Dat werk was nog lang niet voltooid en Hizkia was nog betrekkelijk jong. Hij had heel wat moeten opruimen van de afgodische regeerstijl van zijn vader Achaz, die enkele van zijn zonen offerde aan de Moloch (2 Kronieken 28:3), de tempel ontruimde, zelfs sloot en het interieur vernielde (2 Kronieken 28:24). Verder maakte Achaz voor zichzelf altaren op elke hoek in Jeruzalem.
Het is niet gemakkelijk om je radicaal af te keren van je vader en zijn levensstijl. Om dan je leven te wijden aan de God van Israël. Hizkia was nog lang niet, zoals oude gelovigen, 'verzadigd van het leven'. Hizkia kon evenmin - zoals Paulus - zeggen "ik verlang heen te gaan en met Christus te zijn" (Filippenzen 1:19). Het duurde nog 7 eeuwen voordat de komst, de kruisiging en de opstanding van Yeshua plaats vond. Huilend vroeg Hizkia de HEERE zijn goede regeringsdaden in aanmerking te nemen.
Jesaja 38:4-5 Toen kwam het woord van de HEERE tot Jesaja: 5. Ga tegen Hizkia zeggen: Zo zegt de HEERE, de God van uw vader David: Ik heb uw gebed gehoord, Ik heb uw tranen gezien. Zie, Ik zal vijftien jaar aan uw levensdagen toevoegen,
2 Koningen 20:5 Keer terug en zeg tegen Hizkia, de vorst van Mijn volk: Dit zegt de HEERE, de God van uw vader David: Ik heb uw gebed gehoord, Ik heb uw tranen gezien. Zie, Ik ga u gezond maken; op de derde dag zult u naar het huis van de HEERE gaan.
In 1 Koningen 20 lezen we hoe Jesaja, toen hij weer naar huis ging, op de trap van het paleis een nieuwe boodschap ontving.
Jesaja moest weer terug naar de koning. Hizkia krijgt een heerlijke boodschap. Hij wordt niet vereenzelvigd met zijn vader Achaz, maar met zijn voorvader koning David. Hij was evenals David een in Gods ogen oprecht bestuurder die naar Gods wil zocht. Net zo als beschreven in hoofdstuk 37 laat God hem weten dat Hij Hizkia's gebed heeft gehoord en ook zijn tranen heeft opgemerkt. Er zal 15 jaar aan zijn leven worden toegevoegd.
Jesaja 38:6 en Ik zal u uit de hand van de koning van Assyrië redden, evenals deze stad; Ik zal deze stad beschermen.
De wonderlijke redding en bevrijding van de Assyrische legermacht is in hoofdstuk 37 aan de orde geweest. Het laat zien dat de hoofdstukken niet in chronologische volgorde zijn gerangschikt.
Jesaja 38:7-8. En dit zal voor u het teken zijn van de HEERE, dat de HEERE dit woord dat Hij gesproken heeft, doen zal: 8. Zie, Ik laat op de schaalverdeling van Achaz' zonnewijzer de schaduw, die door de zon is gedaald, tien treden teruggaan. En de zon ging de tien treden terug die ze op de schaalverdeling was gedaald.
En dit zal voor u het teken zijn van de HEERE........ Jesaja zal Hizkia een teken geven waardoor hij kan vertrouwen dat de belofte van de bevrijding van Assyrië en de toegevoegde 15 jaren volledig kan vertrouwen. In het verleden moest Jesaja ook naar Hizkia's vader en de HEERE moedigde Achaz via Jesaja aan om een teken te vragen. Achaz wilde geen teken van God hebben en had daar een vrome reden voor bedacht: "Ik zal het niet vragen en de HEERE niet op de proef stellen....". Niettemin kreeg hij het teken van Immanuel.
Ik laat op Achaz' zonnewijzer de schaduw, die door de zon is gedaald, tien treden teruggaan.... Hizkia wil wel het teken zien dat God zelf aanbiedt. Het is zoiets als een bewijs dat YAHWEH dit Zelf beloofd had en dat het zeker zou gebeuren. Het teken was dat het zonlicht op de trappen van Achaz tien treden terug zou gaan. Volgens het boek Koningen mocht Hizkia kiezen of de schaduw vooruit of achteruit zou gaan. Hizkia koos 'teruggaan' , omdat dat nog veel moeilijker was.
2 Koningen 20:9-11 Jesaja zei: Dit zal voor u een teken van de HEERE zijn dat de HEERE het woord dat Hij gesproken heeft, doen zal: Moet de schaduw tien treden verdergaan of tien treden teruggaan? 10. Toen zei Hizkia: Het is voor de schaduw gemakkelijk om tien treden verder te gaan. Nee, laat de schaduw tien treden teruggaan. 11. En Jesaja, de profeet, riep de HEERE aan, en Hij deed de schaduw tien treden teruggaan van de treden die zij op de treden van Achaz' zonnewijzer naar beneden was gegaan.
In het volgende gedeelte komt Hizkia zelf aan het woord.
Jesaja 38:9-14 Dit is het geschrift van Hizkia, de koning van Juda, toen hij ziek geweest en van zijn ziekte genezen was: 10. Zelf zei ik: Op de helft van mijn dagen moet ik heengaan; in de poorten van het graf word ik beroofd van de rest van mijn jaren. 11. Ik zei: Ik zal de HEERE, de HEERE, niet zien in het land van de levenden; ik zal de mensen niet meer aanschouwen onder de inwoners van de wereld. 12. Mijn levenstijd is opgebroken, van mij weggerukt, als een tent van een herder; ik heb mijn leven opgerold, zoals een wever doet, Hij snijdt mij af van het weefgetouw. Voordat de dag tot nacht wordt, zult U aan mij een einde gemaakt hebben. 13. Ik stelde het me voor, tot de morgen toe: als een leeuw, zo zal Hij al mijn beenderen breken. Voordat de dag tot nacht wordt, zult U aan mij een einde gemaakt hebben. 14. Als een zwaluw of kraanvogel, zo piepte ik, ik kirde als een duif. Mijn ogen waren smekend opgeslagen naar omhoog: Heere, ik word neergedrukt; wees U mijn Borg!
Dit is het geschrift van Hizkia, de koning van Juda...... hier wordt nadrukkelijk aangegeven dat het om de woorden van Hizkia zelf gaat. Het is een soort psalm. In de verzen 20 en 22 zien we dat de psalm dienst moet doen in het Huis van YAHWEH. Het krijgt een bestemming als een dank-, levens- en genezingslied. Het sluit aan op vers 3.
In de poorten van het graf word ik beroofd van de rest van mijn jaren..... In dit danklied komt tot uiting welke afschuwelijke aanvechtingen Hizkia het hoofd heeft moeten bieden. Toch heeft de moed om dit onder ogen te zien meegewerkt aan zijn genezing.
ik zal de mensen niet meer aanschouwen onder de inwoners van de wereld..... de ziekte tast de zieke aan in zijn persoonlijkheid omdat het hem onttrekt aan het gewone leven. Familie, vrienden en bekenden blijven op afstand. Het is een duistere macht die hem aanvalt waardoor hij allerlei angstbeelden voor ogen krijgt.
Hij snijdt mij af van het weefgetouw...... zoals een wever die zich vereenzelvigd heeft met de het doek waarin hij mooie patronen aanbrengt.
Dan komt er iemand om met een mes dat kunstwerk kapot te snijden. Door de invallende duisternis neemt de angst grote vormen aan.
als een leeuw, zo zal Hij al mijn beenderen breken....... Hizkia vergelijkt zichzelf met iemand die door een leeuw wordt overvallen en gedood.
Als een zwaluw of kraanvogel, zo piepte ik, ik kirde als een duif. Mijn ogen waren smekend opgeslagen naar omhoog..... Hizkia vergelijkt zijn zuchten met een kakofonie van het piepen van allerlei soorten vogels, maar toch is hij omhoog geheven, op God gericht.
De ondefinieerbare geluiden bundelen zich in de uitroep: Heere, ik word neergedrukt; wees U mijn Borg!
In het eerste deel van dit lied van Hizkia is de nood en angst uitgedrukt die hij heeft doorstaan. Het ging heel diep en het mondde uit in een hulpkreet naar God om zijn Borg te zijn. Alleen God kan Borg staan voor de mens in nood. Daarna kwam er rust.
Jesaja 38:15-20 Wat zal ik spreken? Zoals Hij mij heeft gezegd, heeft Híj het gedaan. Nu mag ik al mijn jaren gerust verdergaan, de bitterheid van mijn ziel te boven gekomen. 16. Heere, bij deze dingen leeft men, en in al deze dingen is het leven van mijn geest. Want U hebt mij gezond gemaakt en mij genezen. 17. Zie, tot vrede is de bitterheid voor mij bitter geweest, want Ú hebt mijn ziel lieflijk omhelsd, van het graf van de ontbinding vandaan gehaald. Want U hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen. 18. Immers, het graf zal U niet loven, de dood U niet prijzen; wie in de kuil neerdalen, zullen op Uw waarheid niet hopen. 19. De levende, de levende, die zal U loven, zoals ik vandaag. De vader zal zijn kinderen met Uw waarheid bekendmaken. 20. De HEERE was er om mij te verlossen. Daarom zullen wij mijn snarenspel doen klinken, al de dagen van ons leven, in het huis van de HEERE.
Het 'wat zal ik spreken?' in vers 15 laat de verlegenheid van Hizkia zien. YAHWEH heeft geantwoord op zijn klacht en een keer gebracht in zijn verschrikkingen. Toen God zijn gebed verhoorde, kon Hizkia alleen maar God loven. Hij wist dat het allemaal het werk van de HEER was, zowel in woord (tot mij gezegd ) als daad (gedaan). Hizkia was dus sprakeloos (Wat zal ik spreken? ). Door de HEERE geholpen mag de gelovige afstand nemen van zijn bitter lijden. Zijn geest is aan de dood onttrokken en levend gemaakt. Door de zegen van God wordt de mens weer gezond. Het lijden mag de mens dan zien als beproeving. Na het bittere komt het zoete van het welzijn: het heil! Hizkia kent en looft zijn Redder.
Zie, tot vrede is de bitterheid voor mij bitter geweest...... het bittere lijden dat Hizkia heeft doorstaan is veranderd in vrede, omdat God zijn ziel heeft omhelsd en weggehaald heeft van de ontbinding.
Want U hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen........ God doet ze weg! Daar spreekt de Heere nóóit meer over. Hij denkt er niet meer aan. Er is er Eén Die de zonden weggedragen heeft: Yeshua, het Lam Gods. Hizkia heeft onder zijn koningschap weer Pesach mogen vieren, wat niet meer werd gedaan. Hij had de Israëlieten die na de ballingschap in het noordelijk rijk waren overgebleven er bij gehaald. Samen hebben ze het geslachte lam gegeten (2 Kronieken 30). De zonden die toen bedekt werden zijn later vergeven (Hebreeën 9:15). Dat kan ten diepste alleen maar omdat er een Lam kwam Dat de zonde der wereld op Zich genomen en (weg)gedragen heeft (Johannes 1:29).
De HEERE was er om mij te verlossen...... als het woord 'verlossen' of 'redden' in de Bijbel staat is er altijd verwantschap met de naam van Yeshua. Daarom mag er alle dagen van ons leven het snarenspel, de lofzang klinken in het Huis van onze God.
Het gebed loopt uit op een enorme lofprijzing op Gods grootheid en bereidwilligheid om te verlossen. Hizkia benadrukt dat de genade van God zo wonderlijk is, dat het genoeg reden is om elke dag de HEERE daarvoor te danken, te loven en te prijzen.
Tot zover het lied van Hizkia.
Jesaja 38:21-22 Jesaja had namelijk gezegd: Laat men een klomp vijgen nemen en die als een pleister op de zweer leggen; dan zal hij genezen. 22. En Hizkia had gezegd: Wat is het teken dat ik naar het huis van de HEERE zal opgaan?
Laat men een klomp vijgen nemen en die als een pleister op de zweer leggen...... tot slot van deze geschiedenis nog een medisch advies afkomstig van een profeet. Bedoeld om genezing te bewerken, hetgeen een teken zou zijn dat Hizkia weer naar de tempel kon gaan.
Volgens 'Bijbelaantekeningen' (J.P. van de Giessen) gaat het om een vijgenkoek, een plak gedroogde en geconfijte vijgen, zoals we die heden ten dage nog kunnen kopen in winkels.
Deze geconfijte vijgen hebben een zeer hoog suikergehalte en het was vroeger (ook in ons land) een beproefde therapie om zweren en etterende wonden te behandelen. Geconcentreerde suikeroplossingen, zoals deze vijgen maar bv. ook honing, zijn sterk hygroscopisch. Dat wil zeggen dat het de neiging heeft om vocht aan te trekken. Als deze op wonden en zweren worden gelegd, wordt op natuurlijke wijze het wondvocht en de pus uit de zweren gezogen (met de schadelijke bacteriën!). De ziektemakende microben sneuvelen daarbij door de hoge suikerconcentraties. Dat is ook de reden waarom geconfijte conserven niet snel bederven. In ieder geval de wond wordt hierdoor weer schoon en in zekere mate steriel, waardoor er genezing optreed.
Hizkia had gezegd: Wat is het teken dat ik naar het huis van de HEERE zal opgaan.....? Hizkia wilde graag een teken om te weten wanneer hij weer naar de tempel kon gaan. Gezien de vijgentherapie lijkt het voor de hand te liggen dat de ziekte van Hizkia er de oorzaak van was dat hij onder de huiduitslag of puisten zat, wat hem onrein maakte. Hij verlangde ernaar God groot te maken in Zijn Huis. Daarom hielp Jesaja hem met een 'profetisch medicijn'. In 2 Koningen 20:5 staat dat hij op de derde dag naar de tempel zou gaan.
Als we zo op deze geschiedenis terugkijken en we in vers 6 lezen dat dit plaatsvond tijdens de Assyrische belegering, dan komt bij mij de gedachte op dat de ziekte van Hizkia een voorafbeelding was van wat er met Jeruzalem zou gaan gebeuren. De belegering zorgde voor grote nood en er was een aan zekerheid grenzende dreiging dat Jeruzalem ten onder zou gaan. Maar, net zoals bij Hizkia werden de zaken door God omgekeerd. Hizkia kreeg er nog 15 levensjaren bij en Jeruzalem 115 jaar voordat deze in 586 v.Chr. werd ingenomen en verwoest door Nebukadnezar van Babel. (701 - 586 = 115) !
Ida