English & other languages: click here!
Jeremia 48 (A) - Komend oordeel over Moab
Als we in Israël aan de Dode Zee staan zien we aan de overkant van de zee Moab liggen. Tegenwoordig maakt dit gebied deel uit van Jordanië. 's Avonds in het donker zie je allemaal lichtjes aan de overzij van het water. Dan denk ik aan Lot en zijn dochters en hun zoon Moab, naar wie het land is genoemd. De voetnoot van de Herziene Statenvertaling bij Gen. 19: 37 zegt: "Moab betekent zoiets als 'uit vader (voortgekomen)".
Het nageslacht van Moab is trots en hoogmoedig. Daarom zal het worden vernietigd door Babel. Het volk zal in ballingschap gaan. Uiteindelijk belooft de HEERE ook aan Moab een omkering te brengen in het lot.
Ga naar hoofdstuk: inleiding/index - 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23(1) - 23(2) - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31(1) - 31(2) - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48(A) - 48(B) - 49(A) - 49(B) - 50(A) - 50(B) - 51(A) - 51(B) - 52 - Safan
Jeremia 48:1-5 Over Moab. Zo zegt de HEERE van de legermachten, de God van Israël: Wee over Nebo, want het is verwoest! Kirjathaïm staat beschaamd, het is ingenomen. De veilige vesting staat beschaamd en is ontsteld. 2. Moabs roem is er niet meer, in Hesbon hebben zij kwaad tegen hem bedacht: Kom, laten we het uitroeien, zodat het geen volk meer is. Ook u, Madmen, zult verdelgd worden, het zwaard zal u achtervolgen. 3. Hoor, geschreeuw uit Horonaïm: Verwoesting, een grote ramp! 4. Moab is gebroken, zijn kleine kinderen hebben geschreeuw laten horen. 5. Ja, de weg omhoog naar Luhith gaat men met voortdurend geween op. Ja, op de weg omlaag naar Horonaïm hebben tegenstanders noodgeschrei gehoord.
Over Moab........... van oorsprong was Moab familie van Israël. Zijn vader Lot was een neef van Abraham en hij ging met Abraham mee vanuit Haran naar Kanaän. Ze scheidden van elkaar toen Lot de vruhtbare grond van de Jordaanvlakte koos. (Genesis 13:11) Door zijn dochters werd Lot de stamvader van de Moabieten. (Gen. 19:30-38. Het volk van de Moabieten was bang voor Israël toen het vanuit Egypte terug trok naar Kanaän. (Numeri 22:3-4) Hun koning Balak huurde een waarzegger in om het volk te vervloeken, maar door Gods ingrijpen kon hij niet anders dan Israël zegenen. (Numeri 22:5-8) Later wisten ze op een andere manier Israël tot afgoderij en hoererij te verleiden, waardoor God vierentwintigduizend Israëlieten om hun zonde met de afgod Baäl-Peor doodde. In Richteren 3:12 e.v. lezen we dat Moab met de Ammonieten en de Amalekieten Israël versloeg en drie jaar over hen heerste. Verder kennen we Ruth de Moabitische, de overgrootmoeder van koning David uit welk geslacht Yeshua werd geboren. Er was vaak strijd tussen de volken Israël en Moab. Dat wordt bevestigd door andere profetieën met betrekking tot Moab door Jesaja (Jesaja 15-16), Amos (Amos 2:1-3), Zefanja (Zefanja 2:9), Jeremia, en Ezechiël (Ezechiël 25:8-11). Eglon, de koning van Moab heeft met hulp van de Ammonieten en de Amelekieten gedurende de Richterentijd 18 jaar
lang het volk Israël onderdrukt. Door middel van de richter Ehud maakte de HEERE een eind aan die overheersing.
(Richteren 3:29-30). Omdat de Moabieten de doortocht van Israël in de woestijn weigerden, mochten ze niet in de samenkomsten van de HEERE komen (Zie Deut. 23:3-6). Als Babel Juda verovert wordt Moab nog gespaard (586 v.Chr.). Maar 5 jaar later (582 v.Chr.) komt Babel toch nog en richt grote verwoesting aan.
Wee over Nebo, want het is verwoest! Kirjathaïm staat beschaamd....... Jeremia begint zijn oordeelsaankondiging met Nebo. (Deut. 32:49) Hier is Nebo niet de berg die zo genoemd wordt, maar de Moabitische stad (zoals meerdere van de genoemde steden) van Numeri 32:3, 38, gebouwd door de Rubenieten. Ook spreekt hij het oordeel uit over Kirjathaïm (Jozua 13:19). Jeremia noemt verder nog Hesbon, Horonaïm en Luhith die onder het oordeel vallen. De meeste hier genoemde steden waren door Mozes aan de Rubenieten toegewezen. (Numeri 32:33-38; Jozua 13:15-23).
Moab's roem is er niet meer........ Het is voorbij met de roem van Moab Alles waarop men trots was, zal verwoest worden. Menselijke roem en eer blijkt altijd tijdelijk en vergankelijk.
in Hesbon hebben zij kwaad tegen hem bedacht: Kom, laten we het uitroeien, zodat het geen volk meer is....... Hesbon heeft ook aan de stam Ruben toebehoord (Num. 32:37). Het is vanouds een Amoritische stad. In die stad worden plannen beraamd om Moab uit te roeien.
Hoor, geschreeuw uit Horonaïm..... het geschreeuw is te horen, zelfs van kleine kinderen.
de weg omhoog naar Luhith gaat men met voortdurend geween op...... ook in deze stad is de ontzetting groot en de tegenstanders horen in Horonaïm de noodkreten. Het is één en al ellende.
Jeremia 48:6-9 Vlucht, red uw leven! Word als een kale struik in de woestijn. 7. Want vanwege uw vertrouwen op uw vestingwerken en op uw schatten zult ook u ingenomen worden. Kamos zal in ballingschap weggaan, zijn priesters en zijn vorsten samen. 8. Want de verwoester zal komen naar elke stad, geen stad zal ontkomen. Het dal zal vergaan, de vlakte zal weggevaagd worden, zoals de HEERE het heeft gezegd. 9. Geef Moab vleugels, want vliegend zal het weggaan. Zijn steden zullen tot een verwoesting worden, zodat er geen inwoner meer is.
Vlucht, red uw leven........! Wat Jeremia allemaal van God in de geest te zien krijgt, maakt dat hij de ontzetting ziet en beleeft en daarom roept hij vluchten mensen, anders betekent het je dood.
Word als een kale struik in de woestijn...... om je leven te redden zul je bezittingen en je comfort achter moeten laten. Het Hebreeuwse woord voor "kale struik" is עֲרוֺעֵר Aroër. (Strong 6176/6177) Dit is ook de naam van een stad op de noordelijke oever van Arnon, waarvan de inwoners in vers 19 genoemd worden. Dit is een duidelijke woordspeling.
vanwege uw vertrouwen op uw vestingwerken en op uw schatten zult ook u ingenomen worden....... zo gaat het met mensen in het oordeel als hun vertrouwen gegrond was op wat ze zelf gepresteerd en bijeengehaald hadden. Je zult alles kwijt raken.
Kamos zal in ballingschap weggaan.......In Moab vereerde men de afgod Kamos (Num. 21:19), aan wie ook mensenoffers werden gebracht (2 Kon. 3:27). Het wegvoeren van beelden van de goden in ballingschap was gebruikelijk in het oude Nabije Oosten (vgl. Amos 5:25 ; Jesaja 46:1-2 ). Ook de priesters en vorsten die dienst deden voor deze afgod, gaan in ballingschap.
De verwoester zal naar elke stad komen...... alles in Moab zal weggevaagd worden, iedere stad, elk dal, iedere vlakte. De God van Israël YHWH heeft gesproken.... zo zal het geschieden! Als het vonnis bij God vaststaat is er geen ontkomen aan.
Geef Moab vleugels....... God adviseert Moab om te vluchten. Hadden ze maar vleugels om te kunnen ontkomen aan het verderf. Want er zal niets overblijven, ook geen enkele inwoner.
Jeremia 48:10-13 Vervloekt wie het werk van de HEERE traag uitvoert, ja, vervloekt wie zijn zwaard bloed onthoudt. 11. Moab is vanaf zijn jeugd zonder zorgen geweest, en heeft als wijn op zijn droesem stilgelegen. Het is niet van het ene vat in het andere overgegoten: het is niet in ballingschap gegaan. Daarom heeft het zijn smaak behouden en is zijn geur niet veranderd. 12. Daarom, zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik aftappers naar hem toe zal sturen om hem af te tappen. Zij zullen hun vaten leegmaken en hun kruiken stukslaan. 13. Moab zal beschaamd worden vanwege Kamos, zoals het huis van Israël beschaamd is vanwege Bethel, hun vertrouwen.
Vervloekt wie het werk van de HEERE traag uitvoert...... ja, vervloekt wie zijn zwaard bloed onthoudt. De HEERE is er ten volle overtuigd dat Moab deze straf verdient. Nebukadnezar en zijn leger zijn het instrument in Zijn hand. Ze mogen niet zachtzinnig omgaan met Moab. Ze moeten het bloedige zwaard hanteren, anders zijn ze vervloekt. Dit strijdt met de bij ons gangbare humanistische gedachte. Maar YHWH weet dat als het kwaad niet wordt uitgeroeid, de aarde nooit een plaats kan zijn waar Zijn vrede op kan neerdalen. Hij is het tegenovergestelde van een "zachte heelmeester, die stinkende wonden maakt".
Moab is vanaf zijn jeugd zonder zorgen geweest, en heeft als wijn op zijn droesem stilgelegen.......
Moab was op zijn gemak gesteld. Er wordt een beeld gebruikt van het raffineren van wijn. Na de fermentatie zou de wijn in een pot of fles zitten en de onzuiverheden - de droesem - zouden op de bodem neerslaan, zoiets als koffiedik op de bodem van een kopje. Het zou dan voorzichtig in een ander vat worden gegoten, waarbij het bezinksel in het eerste vat achterblijft. Dit een paar keer doen zorgde voor een wijn met minder onzuiverheden.
Maar deze werkwijze werd, geestelijk gezien, in Moab niet toegepast. Ze vonden het wel goed en bleven 'stilliggen op de droesem'.
is niet van het ene vat in het andere overgegoten....... Moab was in een comfortabele zelfgenoegzaamheid terechtgekomen. Volgens de beeldspraak begon de wijn te bederven.
dat Ik aftappers naar hem toe zal sturen....... Maar de dag komt dat de wijnvaten worden geleegd en de kruiken (flessen) in stukken worden geslagen. De beeldspraak maakt duidelijk dat Moab nog niet in ballingschap is geweest (niet overgegoten van het ene vat in het andere). Maar ook Moab zal aan zo’n ballingschap niet ontkomen. Zijn kruiken zullen worden stukgeslagen. Bij Jeremia staat een kruik symbool voor het volk (Jer. 19:1-13).
Moab zal beschaamd worden vanwege Kamos........ Zoals Israël beschaamd is vanwege de afgoderij met de kalverendienst in Bethel (1 Kon. 12:25-33), zo is dat bij Moab vanwege het aanbidden van de afgod Kamos.
Jeremia 48:14-17 Hoe kunt u zeggen: Wij zijn helden, dappere mannen, gereed voor de strijd? 15. Moab is verwoest en uit zijn steden opgetrokken, en de keur van hun jongemannen is afgevoerd ter slachting, spreekt de Koning – HEERE van de legermachten is Zijn Naam. 16. De ondergang van Moab is nabij, die is in aantocht, zijn onheil haast zich zeer. 17. Beklaag hem, allen rondom hem, allen die zijn naam kennen. Zeg: Hoe is de machtige scepter gebroken, die sierlijke staf!
Hoe kunt u zeggen: Wij zijn helden, dappere mannen, gereed voor de strijd...............? Ook in Moab waren ze al bekend met wat wij noemen "positief denken". Ze hadden wel gehoord hoe Babel het éne na het andere rijk veroverde en dat ook hun rijk gevaar liep. Maar ze haalden hun schouders erover op. Ze zouden sterk genoeg zijn om zo'n aanval af te slaan.
De Koning – HEERE van de legermachten is Zijn Naam....... Hij spreekt anders. Hij laat de toekomst zien. "Moab is verwoest en uit zijn steden opgetrokken, en de keur van hun jongemannen is afgevoerd ter slachting". YHWH is de HEER Zebaóth, de bevelhebber van de hemelse legermachten, die aan het Babylonische leger kracht verleent, zodat de ondergang van Moab een feit zal zijn.
Hoe is de machtige scepter gebroken, die sierlijke staf.......! Zo stond Moab bij de omringende volken bekend. Jeremia beschrijft in een soort klaaglied de situatie van Moab voor en na het oordeel. Eerst was Moab een welvarend land “een machtige scepter”, “een sierlijke staf”, maar nadat het zwaard van God erover is gegaan is er verwoesting en zijn de inwoners op de vlucht. Jeremia roept de omliggende landen op om over Moab te rouwen. De scepter van de koninklijke macht is teniet gedaan. De sierlijke herdersstaf is verbroken.
Jeremia 48:18-24 Daal af uit uw luister, verblijf in dorst, u die hier woont, dochter van Dibon, want de verdelger van Moab is tegen u opgetrokken, hij heeft uw vestingen verwoest. 19. Ga aan de weg staan, en zie uit, inwoonster van Aroër. Vraag hem die vlucht en haar die ontkomt, zeg: Wat is er gebeurd? 20. Moab staat beschaamd, want het is ontsteld. Weeklaag, schreeuw het uit, maak in Arnon bekend dat Moab verwoest is. 21. Ja, het oordeel is gekomen over het land van de vlakte, over Holon, over Jahza en over Mefaäth, 22. over Dibon, over Nebo en over Beth-Diblathaïm, 23. over Kirjathaïm, over Beth-Gamul en over Beth-Meon, 24. over Kerioth en over Bozra, ja, over alle steden van het land Moab, die ver en dichtbij zijn.
Daal af uit uw luister, verblijf in dorst, dochter van Dibon....... Dibon was de hoofdstad van Moab (Jes. 15:2) en was gelegen op een berg. Dibon wordt opgeroepen "neer te dalen", afstand te nemen van haar luister. De inwoners moesten zich vernederen en zich voorbereiden op het komende oordeel. "Verblijf in dorst" ziet op de droogte, het gebrek aan water dat het gevolg zal zijn van het oordeel. (Dibon was de plaats waar in 1868 de Mesa Stele , ook bekend als de Moabitische Steen werd ontdekt, die van plm. 840 v.Chr. werd gedateerd en nu te zien is in het Louvre in Parijs.)
Weeklaag, schreeuw het uit, maak in Arnon bekend dat Moab verwoest is....... het klaaglied van Jeremia wordt vervolgd door het vermelden van 11 of 12 plaatsnamen uit het gebied van Moab, die terug te vinden zijn op de landkaart hierboven. Hier hoor je ook van Aroër, een stad op de noordelijke oever van de Arnon, die in vers 6 een "kale struik" genoemd wordt. De Arnon is een rivier, maar mogelijk ook een naam voor de stad Aroër.
Vanwege de lengte van dit hoofdstuk is het in twee delen behandeld. Zie deel 2: "De trots van Moab"
Ida