To translate this page into different languages, click here!
Hebreeën 13: 10-17 buiten de legerplaats
Hebreeën 13:10-17
We lezen voorafgaand aan dit Bijbelgedeelte over mensen die in de gevangenis zitten en over Timotheüs, die daaruit vrijgelaten is. Het is niet zo dat je als gelovige een naar werelds begrip, altijd een heerlijk overwinnend leven moet verwachten, zoals het door welvaartspredikers wordt voorgespiegeld. Wie het woord van God leeft en spreekt, zal tegenstand ervaren. Laten we Yeshua maar volgen, waarvan in dit hoofdstuk gezegd is dat Hij gisteren en heden Dezelfde is en tot in eeuwigheid. (vers 8)
Yeshua zei in Joh. 15:20
Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen; als zij Mijn woord in acht genomen hebben zullen zij ook het uwe in acht nemen.
Maar we zullen wel de vreugde van het kindschap in ons hart hebben en vrede die alle verstand te boven gaat, zoals de bijbel dat noemt. Want je weet dat het om het allerbeste gaat, waarom de wereld je haat. Bovendien belooft God ons niet in de steek te laten in zulke omstandigheden.
Als je voorgangers hebt die echt door God zijn aangesteld, en niet door een werelds/kerkelijk systeem benoemd, zal het je ook niet moeilijk vallen om hen lief te hebben en te vertrouwen. Ze zullen hun taak verrichten vanuit Gods Woord en onder leiding van de Heilige Geest. Dat neemt niet weg dat we altijd aan Gods Woord moeten toetsen wat er gezegd is. 1 Kor. 14:29
Ondanks alle zegeningen kunnen we het moeilijk hebben als we vernederd worden omdat we de Naam van God belijden. Maar het is goed om bereid te zijn om de weg te gaan die Yeshua ging om ons te redden van de zonden. De Hebreeënbrief zegt:
“Laten wij dan naar Hem uitgaan BUITEN DE LEGERPLAATS en Zijn smaad dragen.”
Wat klinkt daar een liefde in door! Dit doet ons stilstaan bij het offeren dat God instelde. Van gewone offers mocht het vlees in de tempel door de priesters gegeten worden. Maar van de zondoffers mocht het vlees niet gegeten worden. Als door het bloed verzoening tot stand gebracht was, werd het vlees buiten de legerplaats (waar het volk dus hun tenten in de woestijn opgeslagen had) verbrand.
Het werd dus buiten de tabernakel en buiten de tentenkring prijsgegeven aan het vuur. Het offer van Jezus werd geheel buiten de poort gebracht. Zelfs het bloed van Yeshua kwam niet in de tempel. Het kwam wel in het hemelse heiligdom.
Dat was de smaad, de vernedering van Yeshua waarin wij mogen delen. Maar we zullen ook eenmaal delen in Zijn verheerlijking. De weg gaat door lijden tot heerlijkheid. Hoe groots is het, dat Hij, die in tegenstelling tot ons, niet gezondigd had, deze weg is gegaan. We zijn geroepen om te lijden en Zijn smaad te dragen. 1 Petrus 2:20-22
Ook in deze tijd, waarin we zo duidelijk de contouren van het antichristelijk rijk zien ontstaan, ontmoeten wij naamchristenen die onbevreesd met de politieke ontwikkelingen van deze wereld meegaan, waardoor er een geestelijke scheiding met de ware gelovigen ontstaat. Dat veroorzaakt pijn, dat brengt lijden en soms eenzaamheid met zich mee. Die ontwikkelingen zullen ons buitensluiten van allerlei voorzieningen. Daarmee komen we "buiten de poort" te staan. Maar we zijn in goed gezelschap! Hij die gezegd heeft:
Mattheüs 28:20 En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld.
Amen.
Hij is erbij!
Maar als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God. Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen; Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is.
Hebreeën 13:17
GEHOORZAAMT UW VOORGANGERS??
Uit een artikel van Charles van de Berg.
"Gehoorzaam uw voorgangers en wees hun onderdanig, want zij waken over uw zielen omdat zij rekenschap moeten afleggen, opdat zij dat mogen doen met vreugde en niet al zuchtend. Dat heeft immers voor u geen nut." (Heb. 13:17)
Met dit vers zijn gelovigen om de oren geslagen. Maar klopt het wat hier staat? We gaan DRIE woorden die in de grondtekst staan toelichten.
• HEGEOMAI - Dit woord is vertaald met VOORGANGERS.
Alsof er een aparte functie van voorganger bestaat, die dan BOVEN de oudsten staat. Dit is onjuist. HEGEOMAI betekent niets meer dan:
“DEGENEN DIE U LEIDING GEVEN”.
• PEITHO – Dit woord is vertaald met GEHOORZAAM. Dit is ook niet juist. PEITHO betekent niets meer dan:
“VERTROUWEN STELLEN OP IETS OF IEMAND”. We komen het woord bijvoorbeeld tegen in de volgende verzen:
“Ik VERTROUW erop dat Hij Die in u een goed werk begonnen is, dat voltooien zal tot op de dag van Jezus Christus. (Phil. 1:6)“
Ja, voor eigen besef achtten wij ons als ter dood verwezen, opdat wij niet op onszelf VERTROUWEN zouden stellen, maar op God, die de doden opwekt. (2 Kor. 1:9)
• HUPEIKO – Is vertaald met ONDERWERPT u (aan hen) – Niet juist!
De woorden (aan hen) zijn al zelf toegevoegd.
HUPEIKO betekent niet meer dan:
“NIET WEERSTAAN, OPLEVEREN VAN DE STRIJD”. De meesten van jullie zullen er onderhand achter zijn gekomen dat vertalers bij het vertalen graag hun eigen kerktradities steunen. Een correctere vertaling zou kunnen zijn:
VERTROUW op DEGENEN DIE U LEIDING GEVEN EN GA MET HUN NIET DE STRIJD AAN, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen. Laten zij het met vreugde kunnen doen en niet al zuchtende, want dat zou u geen nut doe (Heb. 13:17)
Tot zover het citaat van de hand van Charles van de Berg.
Het wordt hierdoor wel duidelijker, maar om te vertalen "niet de strijd aangaan" lijkt me niet schriftuurlijk. Iemand die het vertrouwen heeft zal niet zo gauw worden aangevallen. Maar ieder mens die goed bekend staat kan op een gegeven moment afwijken van de waarheid. Dat weten we van Salomo, dat lezen we als Paulus zich op een bepaald moment tegen Petrus keert. (Galaten 2:14) In zo'n geval moeten we wel de strijd aangaan.
Ik las nog een uitleg in de studiebijbel, die me een goede aanvulling lijkt:
"De boodschap die hier (met het woord "hupeiko" in Hebreeën 13:17) gecommuniceerd wordt lijkt me deze: er is inderdaad sprake van gehoorzaamheid, maar niet de gehoorzaamheid op grond van het gezag van een overste (een bevel), maar van gehoorzaamheid uit respect, die is ontstaan vanuit een overtuigend gesprek."
Ida