To translate this page into different languages, click here!

2 Korinthe 3: 1-18 Woord & Geest

Paulus heeft het hier over aanbevelingsbrieven. Dit soort brieven werden door de gemeentes van het nieuwe testament meegegeven aan degene die een verder weg gelegen gemeente bezocht. Een valse broeder of apostel zou  gemakkelijk kunnen zeggen: "Paulus heeft me gestuurd, dus je moet me steunen." In zo'n brief kon men lezen dat het hier om een betrouwbare gelovige ging en dat ze die zonder problemen konden welkom heten. Voorbeelden van zulke brieven zijn te lezen in  Romeinen 16:1-2, 1 Korinthe 16:3, 1 Korinthe 16:10-11, 2 Korinthe 8:16-24.

Paulus ziet de gemeente van Korinthe als een aanbevelingsbrief voor God en mensen. Van hen gaat een getuigenis uit, zonder dat dit in een brief geformuleerd hoefde te worden. Een geestelijke brief door de bediening van Paulus en zijn medewerkers opgesteld, niet op papier, niet op stenen schrijftabletten, maar door Gods Geest op de harten.  De gelovigen van die gemeente zijn een brief van Christus. Paulus bedoelt niet te zeggen: "Ik heb je gemaakt tot de gelovigen zoals jullie zijn", maar hij zegt: "God heeft mij gebruikt om van jullie de gelovigen te maken die jullie zijn.U bent onze brief die getuigt van Christus, geschreven in onze harten, openbaar gewordengekend en gelezen door alle mensen. 2 Korinthe 3:2,3

Dan maakt Paulus de vergelijking van de aanbevelingsbrief en de wet op stenen tafelen.

Netzomin als er iets mis was met de papieren aanbevelingsbrieven, was er iets mis met de wet op stenen tafelen. Maar nog beter is het als het een geestelijke uitwerking krijgt. Als het contact met anderen blijft bij de geschreven tekst van zo'n brief en er geen ontmoeting ontstaat van hart tot hart dan is er met die brief geen leven onststaan. Op dezelfde manier zou dan ook de wet een koele opsomming van voorschriften zijn, zonder Gods liefdevolle en zorgzame hart voor Zijn volk daarin te herkennen. Dan blijven het alleen maar letters.    

Ook 2 Korinthe 3 gaat over het oude en nieuwe verbond. De chiastische structuur die in dit schriftgedeelte verwerkt is, legt de focus op de grote heerlijkheid die het voortschrijdende heilsplan van God met zich mee brengt.
De Tora leert ons dat we zondaars zijn en dat overtreding van de Tora de dood tengevolge heeft. Dat is de vloek van de Tora. Niet de Tora is weggedaan, maar de vloek van de Tora, omdat de mens de Tora niet kon houden. Het probleem lag niet bij de Tora, maar bij de zondige mens, die de voorschriften zag als lastige regels, maar die niet de beloften, de liefdevolle bescherming zagen die God in hen wilde uitwerken. De vloek voor het niet houden van de Tora heeft Yeshua gedragen en Hij heeft Zijn Heilige Geest gegeven. De bediening van de Geest leert ons dat er LEVEN is voor de zondaar.
En kijk eens hoe we nu aan de rechtvaardige eis van God kunnen voldoen? 

Romeinen 8:

2 Want de wet van de Geest van het leven in Christus Jezus heeft mij vrijgemaakt van de wet van de zonde en van de dood.

3 Want wat voor de wet onmogelijk was, krachteloos als zij was door het vlees, dat heeft God gedaan: Hij heeft Zijn eigen Zoon gezonden in een gedaante gelijk aan het zondige en dat omwille van de zonde, en de zonde veroordeeld in het vlees,

4 opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld zou worden IN ONS, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest.

Zo kunnen we een brief van Christus zijn! 

Paulus predikt nergens dat “de bediening van het woord” nu is vervangen door “de bediening van de Geest”. Hij benadrukt juist het belang van het Woord evenals de Here Jezus dat doet!
Woord en Geest gaan altijd samen. Bij een gezonde omgang met Gods Woord en bij grondig Bijbelonderzoek wordt de kans op misleiding meteen een stuk kleiner. Daarbij moeten we de Geest echter niet uitdoven (I Thess. 5:19-21)!

2 3:6. Hij heeft ons namelijk bekwaam gemaakt om dienaars van het nieuwe verbond te zijn, niet van de letter, maar van de Geest; want de letter doodt, maar de Geest maakt levend.

Niet van de letter maar van de Geest: wanneer Paulus de letter en de Geest tegenover elkaar stelt, geeft hij niet de voorkeur aan 'ervaring' boven 'het woord', ook verkiest hij geen allegorische interpretatie boven een letterlijk begrip van de Bijbel. In plaats daarvan toont Paulus de grote meerwaarde van het nieuwe verbond boven het oude verbond. Die meerwaarde wordt bepaald door het bloed van Yeshua. 

Exodus 34:33 Nadat Mozes geëindigd had met hen te spreken, legde hij een doek over zijn gezicht.
34. Maar telkens wanneer Mozes voor het aangezicht van de HEERE kwam om met Hem te spreken, deed hij de doek af, totdat hij weer naar buiten ging. En wanneer hij naar buiten gegaan was, sprak hij tot de Israëlieten wat hem geboden was.
35. En als de Israëlieten aan het gezicht van Mozes zagen dat de huid van het gezicht van Mozes glansde, dan deed Mozes de doek weer over zijn gezicht, totdat hij naar binnen ging om met Hem te spreken.

Het geven van de Tora ging al met zoveel heerlijkheid gepaard dat het gezicht van Mozes straalde met de allesovertreffende heerlijkheid. De Israëlieten konden er niet naar kijken. Het was teveel voor hen. Mozes moest zijn gezicht bedekken om bij hen te kunnen zijn. Toch wordt die heerlijkheid van het oude verbond de "bediening van de dood" genoemd. De wet doet de zonde kennen. Rom. 3:20c  En zonde doen betekent de dood. De dood is het logisch gevolg van de zonde. Dat is dus een wetmatigheid! Niet te verwarren met het begrip "wet".  Die wetmatigheid nu heeft Yeshua aan het kruis te niet gedaan, door de schuld van de zonde op Zich te nemen. Als wij dus zondeschuld hebben brengen wij die geestelijk naar het kruis, want daar heeft de straf die we zouden krijgen al zijn vergelding gekregen. Dat is de vrijplaats!

Maar overgave aan Yeshua die dit voor ons bewerkt heeft, houdt ook in dat we deel krijgen aan die tegenovergestelde wetmatigheid:

"de wetmatigheid van de Geest die tot LEVEN leidt".  

En waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid.

Dan zal zich dit grote wonder in ons voltrekken:  

Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven. Galaten 2:20

Met de bedekking in de Bijbel wordt bedoeld dat mensen geestelijk blind zijn voor het verlossende werk van Yeshua. Men wil zijn verlossing zelf bewerken door goede daden, waarbij de Joden de wetten op hun manier naleven en deze zwaarder maken om er door de mens gemaakte geboden aan toe te voegen.

Markus 7:7-9 Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn.
8. Want terwijl u het gebod van God nalaat, houdt u zich aan de overlevering van de mensen, zoals het wassen van kannen en bekers; en veel andere dergelijke dingen doet u.
9. En Hij zei tegen hen: U stelt Gods gebod op een mooie manier terzijde om u aan uw overlevering te houden!
Markus 7:13. en zo maakt u Gods Woord krachteloos door uw overlevering die u overgeleverd hebt; en veel van dergelijke dingen doet u.

Ook worden er veel bronnen naast Gods Woord gelezen, zoals de Talmud, de Misjna enz. Dit behoort tot wat vroeger de mondelinge leer was. Wat men volgens de traditie leert weegt zwaarder dan wat Gods Woord zegt.  Deze dingen maken hen blind voor wie Yeshua is. Yeshua zegt:

Johannes 5:43 Ik ben gekomen in de Naam van Mijn Vader, maar u neemt Mij niet aan. Als een ander komt, in zijn eigen naam, die zult u aannemen.

Hier spreekt Yeshua over de antichrist die komt en die door de Joden als messias zal worden gezien. We weten dus dat Israël een belangrijke rol zal spelen in de komst van het antichristelijk rijk. 

God riep Israël al eens op door de profeetJeremia:

Luister naar Mijn stem. Dan zal Ik u tot een God zijn, en ú zult Mij tot een volk zijn. Bewandel heel de weg die Ik u gebieden zal en het zal u goed gaan. (Jeremia 7:23)

Men luistert liever naar de politiek buiten God om en vertrouwt op het verbond met de dood: het Abraham akkoord. Toch komt het moment, waar God op wacht, als alles tot een dieptepunt komt dat men het uitroepen zal:

Baruch ata beshem Adonai: “Gezegend is HIJ (Yeshua) die komt in de Naam des HEEREN”

בָּרוּךְ הַבָּא, בְּשֵׁם יְהוָה4

 

 

Dan is de bedekking van Israël weg. Dan zal ook de bedekking van de naties weggenomen worden.

'Op deze berg verscheurt Hij de bedekking die over alle volken ligt, de sluier die alle naties bedekt' (Jesaja 25:7).

 

Gelukkig is er nu al een groeiend aantal Joden, hoewel een minderheid, dat Yeshua als hun Verlosser en Leidsman heeft geaccepteerd.

God komt tot Zijn doel met Zijn volk Israël, waarin Hij zich zal verheerlijken. 

In februari 2022 was er een merkwaardige uitleg over Jesaja 25:7 van Josef Berger, de rabbijn van het graf van koning David in Jeruzalem over de volgende Bijbeltekst, die te maken heeft met vers 14 uit ons hoofdstuk.

Jesaja 25:7 En Hij zal op deze berg verslinden de sluier waarmee het gezicht van alle volken omsluierd is,en de bedekking waarmee alle naties bedekt zijn.8. Hij zal de dood voor altijd verslinden, de Heere HEERE zal de tranen van alle gezichten afwissen en de smaad van Zijn volk wegnemen van heel de aarde, want de HEERE heeft gesproken.

In Israël verdwijnen de mondkapjes. Josef Berger, de rabbijn van het graf van koning David in Jeruzalem legt in verband daarmee deze teksten uit Jesaja 25 als volgt uit.

Het mondkapje is “de bedekking van alle naties”. Het Hebreeuwse woord dat hier vertaald wordt met 'lijkwade' is masecha (מַּסֵּכָה) wat letterlijk een masker betekent.

De vertaling “lijkwade” vind ik overigens wel van toepassing op de bedekking die de dood inhoudt. Maar Rabbi Berger ziet in dit gebeuren een éénwording van de wereld met de focus op Jeruzalem. Hij zegt in onderstaand artikel: “Deze verenigende ervaring bereidt de wereld voor op de tijd dat 'God Eén zal zijn en Zijn naam Eén zal zijn'."

God is altijd en eeuwig Eén geweest en Zijn naam is voor eeuwig Eén. Dit zogenaamde niet Eén zijn van Gods Naam heeft te maken met het geloof in Yeshua, dat de Joden niet accepteren. Dat wordt geregeld in de Noachitische wetten. Het gaat hier over de valse éénheid onder de antichrist. Laten we hierop opmerkzaam zijn.

Dit is de Bijbelse verklaring van het wegnemen van de bedekking:

2 Korinthe 3:14 Maar hun gedachten werden verhard, want tot op heden blijft diezelfde bedekking bij het lezen van het Oude Testament, zonder te worden weggenomen. Die bedekking wordt tenietgedaan in Christus. 15. Ja, tot op heden ligt er, wanneer Mozes gelezen wordt, een bedekking op hun hart.16. Maar wanneer het zich tot de Heere bekeert, wordt de bedekking weggenomen.17. De Heere nu is de Geest; en waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid.

Ida